Het politieke landschap dat in 2016-2017 opkwam lijkt nu een voorproefje van wat nog zou komen. Toen Trump voor het eerst in de schijnwerpers stond, werden zijn eigenaardigheden – van zijn "kleine handen" tot zijn tirades op Twitter – als bron voor humor gezien. Vandaag, na zijn presidentschap, een tweede nederlaag en nu zijn controversiële terugkeer aan de macht, lijken deze minder amusant en meer symptoom van de bredere politieke achteruitgang die we hebben waargenomen.
Wat begon als een kleine rimpeling in 2017 is uitgegroeid tot een golf. De "Trumpettes", zoals wij de Europese populistische leiders noemden die zijn stijl imiteerden, waren niet slechts imitators – ze werden op zichzelf echte hoofdrolspelers. Geert Wilders, ooit afgedaan als een Nederlandse Trump-nadoener met zijn anti-immigratieretoriek en opruiende tweets, leidt nu de Nederlandse regering. Zijn overwinning in 2023 markeerde een seismische verschuiving in de Nederlandse politiek en bewees dat wat in 2017 onwaarschijnlijk leek, in 2024 werkelijkheid was geworden.
Marine Le Pen in Frankrijk, hoewel zij in haar eerdere presidentiële pogingen niet succesvol was, heeft een bolwerk gevormd in de Franse rechtse politiek, waarbij haar partij ongekende lokale macht heeft vergaard. De AfD in Duitsland, die in 2017 nog als marginaal werd beschouwd toen Frank-Walter Steinmeier tot president werd gekozen, is sindsdien uitgegroeid van een randbeweging tot een belangrijke politieke kracht, die schokgolven door de Duitse democratie stuurt. Steinmeiers herverkiezing in 2022 met 78% van de stemmen leek een bolwerk tegen het populisme, maar de recente opmars van de AfD suggereert dat Duitsland niet immuun is voor deze trends.
Brexit, dat in 2017 nog in de kinderschoenen stond, speelde zich af als een waarschuwend verhaal dat niemand ter harte nam. De "opschepperij en vernedering"-strategie van Boris Johnson en Nigel Farage bleek vernietigend effectief, wat leidde tot jaren van economische onzekerheid en politieke onrust in het VK. Schotland's hernieuwde streven naar onafhankelijkheid en de complexe positie van Noord-Ierland na Brexit hebben de vooruitziendheid van die vroege zorgen over de Britse eenheid alleen maar onderstreept.
Het "Trump-playbook" – persoonlijke aanvallen boven beleid, sociale media-oorlogsvoering, beweringen van nepnieuws en de demonisering van immigranten – is een wereldwijd politiek model geworden. Wat wij ooit zagen als een uniek Amerikaans politiek schouwspel, is een wereldwijd fenomeen geworden. De tactieken die in 2017 schokkend leken – het aanvallen van de families van tegenstanders (zoals het "Penelope-gate"-schandaal dat François Fillon in Frankrijk schade toebracht), het roepen van fraude nog voordat verkiezingen plaatsvinden en het ondermijnen van democratische instituties – zijn nu standaard politieke strategieën.
Trumps terugkeer aan de macht in 2024, nadat Bidens presidentschap er niet in slaagde de verdeeldheid in Amerika te helen, heeft populistische bewegingen wereldwijd versterkt. De "fakkels en hooivorken" waar we in 2017 figuurlijk bang voor waren, hebben zich in diverse vormen gemanifesteerd, van de bestorming op 6 januari tot toenemend politiek geweld en democratische achteruitgang over de hele wereld.
Terugkijkend bleek onze hoop in 2017 dat Trumps chaotische eerste ambtstermijn als een waarschuwend voorbeeld zou dienen, naïef te zijn. In plaats van afgeschrikt te worden door het Amerikaanse voorbeeld, hebben populistische bewegingen wereldwijd zich eraan laten inspireren. Deze "coverbands", zoals wij ze minachtend noemden, hebben geleerd hun eigen deuntjes te spelen, elk aangepast aan hun lokale publiek maar volgend op dezelfde destructieve melodie.
De vraag nu, in 2025, is niet of de democratie het populisme kan overleven – het is hoe de democratie opnieuw vormgegeven kan worden om het te weerstaan. De muziek van de democratie heeft, zo lijkt het, nieuwe componisten nodig.